Symposium Positieve Gezondheid biedt talloze inzichten
Op 16 april stroomde de Rabobank in Utrecht vol met honderden zorgverleners. Zij kwamen naar het eerste symposium van Make-A-Wish, dat in samenwerking met het Institute Positive Health (IPH) de schijnwerpers zette op de belangrijke rol van positieve gezondheid. Het werd een buitengewoon inspirerende dag rond het thema: is er een medicijn voor veerkracht?
Zoals algemeen directeur van Make-A-Wish Nederland Hanneke Verburg in haar openingsspeech zei: ‘Een jubileum van een stichting als de onze vier je niet, want liever wil je er niet zijn. Maar we staan wel stil bij het feit dat we nu 35 jaar bestaan. De vraag was: hoe vullen we dat in? We kozen ervoor de verdieping in te gaan middels een symposium. Dat hadden we nog nooit georganiseerd, maar we dachten wel dat we het konden.’ Bovendien: er was nog nooit een symposium georganiseerd over Positieve Gezondheid specifiek gericht op het kind.
Leven en leren in de geest van Pippi Langkous, dat bleef de hele dag hangen in de hoofden van de ruim vierhonderd bezoekers bij het symposium Positieve Gezondheid. De kernvraag ‘Is er een medicijn voor veerkracht’ werd vanuit alle invalshoeken op gedreven wijze belicht met daarbij de boodschap dat een kind meer is dan alleen zijn ziekte. Vanuit die open blik werden ervaringen en kennis gedeeld, met voortdurend de focus op de meer dan belangrijke vraag: wat kan wél? En hoe zit het met de effecten van alle psychologische factoren rondom de gezondheid bij kinderen. Het bijzondere programma en de belangrijke sprekers gaven inspiratie en nieuwe inzichten. Uiteraard werd alles gedragen door een vleugje magie van Make-A-Wish, veelal verzorgd door de wenskinderen zelf.
Machteld Huber: het medicijn heet hoop Of het nu de sterke vrouw achter iPH, Machteld Huber, was. Of het nu de oprichter van PROSA, Piet Leroy, was. Of het nu de bekende internist Marcel Levi was: de zaal werd door de vele bevlogen sprekers meegenomen in het verspreiden van de olievlek die Make-A-Wish koestert: het effect van een stukje magie in de behandeling van zieke kinderen.
Het symposium werd na een indrukwekkend gedicht van wenskind Fieke Deenen over ziekte, de daarop beperkte vrijheid en haar veerkracht, geestdriftig afgetrapt door Machteld Huber. Voor haar kwam de wereld van Make-A-Wish onlangs dichtbij, kleinzoon Ole van zes kreeg een niertumor en dat kwam binnen als een knal bij Machteld. De wens van Ole ontroerde haar in al zijn eenvoud: het ontmoeten van Peppa Pig.
Ziekte speelde ook in Hubers eigen leven een grote rol, het weerstaan van vier ingrijpende ziektes vormden voor haar ‘de gehaktmolenjaren’. ‘De meest leerzame periode in mijn leven. Ik ben ervan overtuigd geraakt hoeveel er mogelijk is en dat gaf mij de missie te laten zien dat je sterker kunt worden. Ik ben diep onder de indruk geraakt van hoe veerkrachtig mensen kunnen zijn en ben gefascineerd door alles wat gezondheid en veerkracht versterkt.’
Machteld kwam erachter dat drie karaktereigenschappen cruciaal zijn: comprehensibility (je situatie kunnen begrijpen), manageability (het gevoel hebben dat jijzelf kan blijven kiezen) en meaningfullness (zingeving ervaren). Ze raakte daarbij geïnspireerd door socioloog Aaron Antonovsky, bestudeerde de Blue Zones waar mensen gelukkig en gezond behoorlijk oud worden en werkte in opdracht van de overheid aan de herdefinitie van gezondheid. Het mondde uit in: ‘Gezondheid als het vermogen je aan te passen en je eigen regie te voeren, in het licht van de sociale, fysieke en emotionele uitdagingen van het leven.’ Daarmee zette ze de hele mens centraal.
In de loop der jaren besteedde Huber haar tijd aan een belangrijk vervolgonderzoek. In opdracht van ZonMw zocht ze uit of er draagvlak was voor haar definitie en ontwikkelde Huber haar spinnenweb waarin zes dimensies een rol spelen. In haar web wordt veel verder gekeken dan naar enkel de puur medische kant van de zaak. Die zes hoofdimensies zijn: lichaamsfunctie, mentaal welbevinden, zingeving, kwaliteit van leven, meedoen, dagelijks functioneren. Het gaat volgens Huber veel meer om de persoonlijke benadering van de situatie, om veerkrachtige systemen die als doel hebben: van controle-model naar adapatie-model.
Huber werkt bij het iPH –hoe bijzonder- samen met onder meer oud-wenskind Aylin Harink (25) die jaren van chemo, behandelingen en immuuntherapie trotseerde en als wens simpelweg had: in een hangmatje liggen in de zon. En dan vooral: ‘Met het hele gezin bij elkaar.’ Aylin vertelde de zaal in een prachtige speech: ‘Blijven dromen heeft mij overeind gehouden. Er is zeker een medicijn voor veerkracht en dat heet hoop.’
Machteld keek trots toe hoe haar pupil de zaal stil kreeg: ‘Samen met dit prachtige wenskind werk ik dus dagelijks samen en daar zit me een power in! Daarom sluit ik graag af met iets wat ik in haar zie: volg je hart, gebruik je hoofd, en dóe er wat mee. Dat is positieve gezondheid.’
Positief taalgebruik is belangrijk Na de presentatie van Machteld Huber wezen professionals uit de praktijk er op hoe belangrijk het is dat er een samenspel is tussen zorg, patiënt en omgeving, het liefst zonder hiërarchie. Het belang van positief taalgebruik is daarbij groot. Waar stress en angst nogal wat negatieve gevolgen hebben in het ziekteproces bij het kind (meer ervaren van ongemak en pijn, wantrouwen, niet mee willen werken, langere hersteltijd, verlatingsangst, slaapproblemen, eetstoornissen, post-trauma), merken de professionals uit de zorg dat positieve emoties juist alles open zetten: de aandacht verruimt, het maakt creatiever, maakt kansen zichtbaar, ontwikkelt nieuwe vaardigheden, geeft flexibiliteit en… veerkracht. Vooral bij kinderen werkt dit fenomeen waarbij de positieve emoties de negatieve overstijgen sterk, omdat zij het magisch denken zo beheersen. En juist daarom is een Wish Journey zo belangrijk voor ieder kind dat daarvoor in aanmerking komt. Een boodschap die zichtbaar landde bij de vele zorgverleners in de zaal, belangrijk, omdat zij juist diegenen zijn die kinderen voor een Wish Journey aanmelden.
Waarom is veerkracht zo belangrijk? Sabine van der Laan (onderzoeker Wilhelmina Kinderziekenhuis) vertelde hoe ze het thema veerkracht vanuit een wetenschappelijk benadering onderzocht. En tot een conclusie kwam: ‘Positieve gezondheid leidt tot een meer holistische kijk op wat gezondheid is. Waarbij veerkracht geen persoonseigenschap is, maar een dynamisch multidimensionaal proces.’
Haar collega Emma Berkelbach van der Sprenkel (arts-assistent kindergeneeskunde Wilhelmina Kinderziekenhuis) legde vervolgens uit dat haar studie naar ‘Samen Beslissen’ ertoe leidde dat er een inzicht kwam: Nederland is van een paternalistisch systeem (de arts als alwetende die alles beslist), via een internetsamenleving (iedereen kan online alles over zijn ziekte en genezing lezen) naar een systeem van de gedeelde verantwoordelijkheid gegaan. Daarbij –zo zei Emma- is het ongelooflijk belangrijk dat er in de Kindergeneeskunde wordt gecommuniceerd in de taal van het kind. ‘Het gaat om Teamtalk, waarbij de opties worden uitgelegd, de voorkeuren worden besproken en uiteindelijk een besluit moet worden genomen. Een kind kan alleen meepraten als het begrijpt wat de specialist zegt.’
Hester Rippen-Wagner (directeur-bestuurder Stichting Kind en Ziekenhuis) ging op dit fenomeen van ‘samen beslissen’ door: ‘Bij onze missie kijken we heel sterk naar: wat ervaart het kind, wat heeft het nodig? Hoe kan het meedoen in het medische proces, hoe kan het serieus worden genomen, hoe kan het gewoon een kind zijn, hoe kunnen ouders en broertjes en zusjes nog gewoon hun ding doen, hoe kan een ziek kind er toch bij blijven horen en uiteindelijk een gewone volwassene worden? Dit zijn allemaal zaken die heel erg spelen in het hoofd van de kinderen zelf. De conclusie is dat we heel erg moeten samenwerken met de hele omgeving van het kind. Regie en steun vanuit iedere hoek brengt veerkracht bij kind en ouders. Zie ze als gelijkwaardige partners, laat ze het gevoel houden dat ze samen kunnen beslissen, dat voorkomt veel stress, angst, pijn, dwang en uiteindelijk trauma. Positief taalgebruik is daarbij heel belangrijk. Wij hanteren de Schijf van Vijf: 1. Ruimte, 2. Tijd, 3. Volledige uitleg, 4. Echt luisteren, 5. Vertrouwen.’
Wat positieve emoties doen… Na de lunch danste wenskind Xanne van Mierlo de sterren van de hemel. Zij haalde veerkracht uit haar liefde voor de dans. In woord en dans vertolkte zij hoe dankbaar ze was dat zij na haar ziekte weer mocht dromen. Inmiddels is ze 21 en studeert Xanne aan de Dans Academie in Utrecht.
Henriët van Middendorp (universitair hoofddocent in Leiden) vertelde vervolgens over de positieve ervaringen in de kindzorg. Ze sprak met vuur over de kracht van positieve emoties en positieve ervaringen die kunnen worden gecreëerd naast de soms onvermijdelijke stressvolle medische procedures of behandelingen, bijvoorbeeld door optimaal gebruik te maken van placebo-effecten. ‘Waar angst en stress functioneel zijn omdat ze leiden tot vechten, vluchten of bevriezen, versterken ze ook de negatieve focus en de blik naar binnen. Positieve emoties verruimen de aandacht en zetten alles weer open. Waar negatieve emoties leiden tot een langere hersteltijd bij zieke kinderen, verkorten positieve emoties die juist.’
Ook belichtte ze het magie-onderzoek van Anne Versluis in samenwerking met Willem-Alexander Kinderziekenhuis (WAKZ) als voorbeeld van een interventie die goed integreerbaar is in de zorg.
'Volg je hart, gebruik je hoofd en dóe er wat mee’
Zie eerst de mens in plaats van de patiënt Make-A-Wish heeft sinds kort een Medisch Starboard en een van de professionele motoren daarin is arts Marguerite Gorter-Stam. Zij leidde een panel met daarin de kinderarts/plaatsvervangend afdelingshoofd Arno Roest (Willem Alexander-Kinderziekenhuis) en professor Clara van Karnebeek (Emma Kinderziekenhuis), met aan hun zijde de wenskinderen en STARboard-leden Jawa Alkhedr en Bodhi Sripal. Zij verhaalden vanuit de praktijk wat een Wish Journey met kinderen doet, hoe het proces van verheugen, beleven, genieten en nagenieten voortdurende veerkracht geeft. Daarbij werd er nadrukkelijk geput uit medical reviews en het onderzoek van Make-A-Wish naar de effecten van de Wish Journey.
In een daaropvolgende documentaire die op een groot scherm aan de zaal getoond wordt, vertelt de Belgische arts Piet Leroy (PROSA- een kenniscentrum dat gelooft in medische behandeling op basis van menselijke waarden) over zijn ultieme boodschap: omarm de kwetsbaarheid. Leroy vertelt hoe hij vroeger, als jonge arts van 24 jaar, plots in contact kwam met heel zieke kinderen. Hij moest bloed bij ze afnemen, dag na dag, steeds weer die naald in de huid. ‘Ik zag de pijnreactie. Als ik al een handje vastnam, gaven ze al tekenen van emotie en pijn, nog voordat ik de naald erin had gestoken. Vanaf dat moment ben ik me gaan afvragen: wat doe ik met een kind? Ik ervoer een tekortkoming in ons vak. De weg naar genezing heeft voor kinderen een enorme impact en na die genezing blijft het kind vaak achter met veel traumatische ervaringen, ouders overigens ook. Dat heeft geleid tot een PROSA-beweging waarin wij het comfort rondom medisch handelen mee willen nemen in de zorg, naast de goede medische zorg die we willen bieden.’
Ieder kind is anders, vraagt een andere aanpak. De een is angstig van aard, de ander verhult de angst, een derde is het oprecht niet. Leroy: ‘Alles draait om maatwerk. Daarin differentiëren is perfect mogelijk. Daarbij heb ik een soort kwajongensgevoel. Misschien kent u de wijsheid: iedereen zegt dat het onmogelijk is en toen kwamen er een paar en die wisten dat niet. En die deden het gewoon. Met weinig extra inspanning is heel veel te realiseren. Het is niet meer nodig kinderen in bedwang te houden om medische verrichtingen te plegen. Er zijn genoeg alternatieven. We hopen dat er in de zorg en de zorgopleidingen een attitudeverandering komt. Dat we niet meer de patiënt zien al de drager van de ziekte die toevallig ook nog mens is, maar dat we onze zorg bevolken met zorgverleners die in eerste instantie de mens zien die toevallig ook nog ziek is. Die switch is onze droom.’
Marcel Levi: enthousiast over Make-A-Wish Na alle interessante informatie en inzichten keken de aanwezigen vol ongeloof op het horloge: de tijd was omgevlogen. Gelukkig was er nog een laatste spreker, iemand van naam en faam: internist Marcel Levi van het Amsterdam UMC. Hij hield de zaal een spiegel voor: ‘We leven steeds langer. We leven in de gouden eeuw van de geneeskunde. Alleen… we hebben het er nooit over. We praten over tekorten en problemen. Maar de waarheid is dat wij onze zieke ouderen en kinderen meer bieden dan ooit. Per maand zelfs stijgt onze levensverwachting.’
Maar Levi ontdekte iets: ‘Er is een duidelijk verband tussen de sociaaleconomische staat van iemand met zijn of haar levensverwachting. In mijn Amsterdam rijd je met de Noord-Zuid lijn in een kwartier van Noord naar Zuid. Een kwartier rijden: acht jaar langer leven in Zuid. Wow! Met andere woorden: als je de levensverwachting wilt verbeteren, gaat het niet alleen om de juiste medicatie, operatie of behandeling. Je zult ook naar de rest van het totale verhaal moeten kijken. En zo is het ook bij zieke kinderen. Ieder ziek kind heeft een eigen verhaal en een eigen proces. We focussen nog teveel op kinderen die kanker hebben, de scope moet breder, want veel chronisch zieke kinderen tot achttien jaar hebben een andere ziekte.’
Levi is helder: ieder mens moet als de totale mens worden bekeken. ‘Een mens is wel iets meer dan een verpakking van zieke organen. En bij ieder mens zouden wij ons moeten focussen op alles wat nog wél kan.’
Vanuit daar is zijn enthousiasme over Make-A-Wish goed te verklaren: ‘Wat zo goed is: deze organisatie zorgt ervoor dat negatieve ervaringen worden vervangen door positieve. En mijn enthousiasme zit hem erin dat dit bij kinderen en hun omgeving er toe leidt dat de negatieve ervaringen niet meer de voornaamste zijn in hun leven. Kinderen die met tegenslag te maken krijgen kunnen door een wensvervulling op een positievere manier daarmee omgaan. Misschien is dat wel belangrijker dan alle chemo, antibiotica en andere medicatie die wij bieden. Want misschien is dat wel wat uiteindelijk kinderen echt beter maakt.’