Simmie leeft voort als bron van inspiratie
Zeven jonge mannen rennen voor Make-A-Wish
Op 27 augustus 2022 werd de 26-jarige korporaal eerste klasse Simmie Poetsema slachtoffer van zinloos geweld in Indianapolis. Simmie is bijzonder, heel bijzonder. Hij leeft voort in de gedachten van velen en met hem in het hoofd en hart gaan zeven vrienden de marathon van Rotterdam lopen op 16 april om zo veel mogelijk geld in te zamelen voor Make-A-Wish. Precies wat Simmie zo graag zelf had willen doen.
In een dorp van 4000 mensen ken je elkaar al snel. Zijn de mensen hecht, groei je samen op. Vele twintigers uit Leimuiden kenden Simmie Poetsema feitelijk al hun hele leven. Je zat met elkaar op school, je speelde samen, ging samen op voetbal. Dag in dag uit dezelfde vriendengroep, dag in dag uit dezelfde belevenissen. Het schept een onbreekbare band.
Ze zagen hem veranderen, die vrienden. Simmie was als kind altijd de jongste, kleinste en zachtaardigste, maar op de middelbare school zette hij het op een trainen en zwollen zijn spieren aan. Plots was hij de sterkste en de grootste; Simmie had een droom en was niet te stoppen. Later zou hij beroepsmilitair worden. Dan zou hij alle denkbare uitdagingen aangaan en vele mensen helpen en levens redden. Hoe mooi zou dat zijn.
De jongens van Leimuiden, ze bleven hecht. De vriendengroep had een vaste kern en groeide als vanzelf, zo’n twintig jonge mensen sterk die elkaar steunden, ontmoetten, lol trapten, genoten van elkaars verhalen. Voetballen, samen op vakantie, in het weekend op stap. Als er eentje tijdelijk naar Australië en Maleisië ging, vloog Simmie erachteraan, voor een vriend had je alles over.
'Simmie had een droom en was niet te stoppen. Later zou hij beroepsmilitair worden. Dan zou hij alle denkbare uitdagingen aangaan en vele mensen helpen en levens redden.'
Gezamenlijk rouwen
Soms denken de jongens nog wel eens: zo meteen komt-ie gewoon weer binnenlopen. Simmie, aan de ene kant introvert, want hij leefde strikt zijn eigen leven. Vijf uur opstaan, kitesurfen, trainen, kickboksen, snel wat eten, sporten en weer doorgaan, de hele dag door. Terwijl de andere boys ’s avonds dan al aan de barbecue begonnen ging Simmie nog even twintig kilometer als een bezetene rennen om de dag af te ronden. Maar als ie dan eindelijk aanschoof, was ie er ook. Dan had ie de volle aandacht, wilde hij alles van zijn vrienden weten, uit oprechte interesse en de voortdurende honger van anderen te leren. Simmie zei nooit: ‘Hoe gaat het?’ als argeloos automatisme. Simmie vroeg door, net zo lang tot je hem had verteld hoe het echt met je ging.
Maar Simmie komt niet meer binnenlopen. Nooit meer. Afgelopen zomer werd hij neergeschoten, zomaar, verkeerde plek, verkeerde tijd, zinloos geweld. Onbegrijpelijk, niet te bevatten. De militair die als medic zoveel goed deed en ervan genoot mensen te helpen in verre landen, werd in een vlaag van waanzin uit het leven gerukt.
Zijn vrienden bleven achter met honderdduizend vragen in hun hoofd en hart. Ze werden nog hechter en omringen de familie van Simmie voortdurend. Ze rouwen samen, vertellen verhalen, ze geven de familie en elkaar een knuffel, laten de familie niet los. Soms zijn ze weer eens samen en hebben ze het niet eens over Simmie, maar ze voelen, ze weten het: ze zitten allemaal in hetzelfde schuitje van verdriet en gemis. Maar als ze samen zijn, is Simmie er ergens gewoon nog bij.
'Maar als ze samen zijn, is Simmie er ergens gewoon nog bij.'
Kinderen
Als zijn vrienden hem zouden moeten omschrijven? Dan zeggen ze: “Simmie ging door waar anderen stopten.” Opgeven zat niet in zijn vocabulaire. Simmie verzon altijd zijn eigen challenges. Zo liep hij bijvoorbeeld in 48 uur tijd elke vier uur zeven kilometer hard, twee volledige marathons. Toen ze vorig jaar besloten te gaan trainen voor de marathon van Rotterdam was Simmie niet af te remmen geweest. Wisten ze wel hoe ver weg dat nog was, 2023? Dus een paar weken later liep hij al weer de marathon van Leiden.
Als Simmie een drive had, ging hij er voor. In zijn sporten, in zijn vak, in zijn leven. Zijn gedrevenheid om mensen te helpen was grenzeloos, daarbij had hij altijd extra aandacht voor kinderen. Zus Zoé vertelde hem hele verhalen over haar werk als wenshaler bij Make-A-Wish en dan luisterde hij ademloos. Toen hij voor de laatste keer jarig werd, wilde hij geen cadeau: “Doneer maar geld voor Make-A-Wish.” De jongen die altijd zijn dromen had gevolgd, gunde alle zieke kinderen ook zo hun dromen. Als hij werd uitgezonden als militair naar bijvoorbeeld Kabul wist hij niet hoe snel hij de mensen daar moest helpen, waarbij met name het lot van kinderen hem bijzonder aangreep. Niet iedereen is bevoorrecht, niet iedereen gaat het voor de wind, niet iedereen kent het geluk van gezondheid en een gouden wiegje, dat besefte Simmie zich al snel als geen ander.
Tot het laatst heeft Simmie zich ingezet om mensen te helpen. Zus Zoé: “Toen we de vraag kregen of Simmie zijn organen wilde doneren hoefden wij niet te twijfelen. Simmie. Een medic. Zijn doel was om anderen te helpen. Hij had zelf in een handleiding voor nabestaanden bij Defensie de vraag gekregen of hij orgaandonor wilde zijn. Neem ruim, was zijn antwoord. Er leven nu zes mensen voort dankzij zijn organen. Waaronder een vader van zes kinderen, deze man kreeg Simmie’s hart. In Amerika hebben zes gezinnen hun geliefde nog dankzij hem. Zo leeft Simmie nog steeds een beetje voort.”
Na de dood van Simmie wisten de jongens onmiddellijk wat ze wilden. De droom samen de marathon van Rotterdam te lopen mocht niet verloren gaan, die moesten ze koppelen aan een inzamelingsactie voor Make-A-Wish. Volledig in de geest van Simmie: niet opgeven, doorgaan, iets goeds doen voor de kinderen. Iedere dinsdag trainen ze samen, zeven stoere gasten, gouden harten, ze rennen, zien af, vertellen elkaar verhalen, herinneren zich Simmie. Als het regent dat het giet, als het vriest dat het kraakt, als het zo hard stormt dat de pannen van daken vliegen, ze gaan, want Simmie was ook gegaan. Nog altijd is de jongste van het hele stel de inspiratiebron. Op hun hoofd de muziek die Simmie als playlist op Spotify had gezet en gáán.
Simmie
Iedereen leeft mee
Nu is het bijna zover. Martijn, Jorn, Ricardo, Michel, Yannick, Marco en Jeroen, zij gaan het doen. De marathon van Rotterdam, op 16 april. Het hele dorp steunt ze, iedereen vraagt: hoe gaat het, hoe staan we ervoor? Ze hebben al fiks wat geld opgehaald, zijn al ver boven hun streefbedrag van 15.000 euro, maar ze horen het Simmie zeggen: het kan altijd nog beter, nog mooier, nog meer. Als iemand ze wil steunen, nou graag. Via deze link lees je hun verhaal en kun je zien hoe je de helden kunt helpen. Ze zullen rennen als nooit tevoren. Zoals Simmie zou zeggen: “Als je denkt dat je niet meer kan, kan je nog twee keer de afstand die je al heb afgelegd.”
Dat is hun drijfveer en dat niet alleen. Zoals Jorn en Marco, twee van de mannen, zeggen: “Door de marathon uit te lopen en zoveel mogelijk geld op te halen voor Make-A-Wish eren we Simmie. Voor de persoon die hij was. Als hij zelf niet meer kan helpen, gaan wij het doen. We laten zijn manier van leven, praten, inspireren niet verloren gaan. We geven het door.”