'Ik denk juist dat het goed is met kleine dingen de helpende hand te bieden, waar je maar kunt'

Richard Bouwmeester, directeur Vinken Vastgoed

‘Middenin de Biafraoorlog ben ik geboren. Lagos, Nigeria. Mijn ouders werkten bij het Engelse Lever Brothers; overal waar vader werd gestationeerd, waren wij. De oorlog werd almaar bloediger en ik, in 1966 geboren, begon aan een beste wereldreis. We gingen naar Manama in Bahrein, daarna zat ik op kostschool in Edinburgh en na drie, vier jaar woonden we in het zuiden van Afrika waar de oorlog om Rhodesië woedde. Toen zelfs de buitenlanders werden opgeroepen voor de dienstplicht zijn we vertrokken. Voor mijn moeder was de maat vol, we moesten maar eens gaan aarden in Nederland. Voor mij een kleine ramp. Ik sprak alleen Engels en was totaal onaangepast.

Discipline, dat was ik gewend, hard en militaristisch opgevoed als ik was met de stok en de riem en elke dag gekleed in uniform en met hetzelfde bloempotkapsel als alle anderen. In dat vrije Nederland kon ik totaal niet omgaan met de laissez faire-mentaliteit. Ik werd overal weggestuurd, omdat ik alles oploste zoals ik het geleerd had. Met vechten. Dat werd niet gewaardeerd. Toch bracht mijn kindertijd me veel. Doorzettingsvermogen. Discipline.

Zoals veel mensen met een beetje gek verhaal kwam ik terecht in het vastgoed. Daarin moet je heel resultaatgericht zijn en ergens toch ook dat jongetje blijven wat je ooit was. Vanuit dat jochie help ik graag bij Make-A-Wish, omdat ik iets herken in de zieke kinderen. Als de ellende komt, is er vaak een isolement, wordt de wereld heel klein. Het kan dan soms zo simpel zijn om te helpen. Daarom ben ik ooit begonnen wensen te sponsoren en probeerde ik de kar te trekken voor The Dutch 750, waarbij we drie dagen fietsten voor het goede doel. Als jongetje had ik al snel geleerd dat de wereld wreed kan zijn. De onverschilligheid, hardheid, de Apartheid, ik heb het van dichtbij gezien. Mensen gaven zo weinig om elkaar en het leven. Ik denk juist dat het goed is met kleine dingen de helpende hand te bieden, waar je maar kunt. Ik ben geen wereldverbeteraar, maar doe mijn best. Met wat aandacht en liefde. Dat heel concrete, tastbare van Make-A-Wish, dat vind ik mooi. Want dat een kind het goed en veilig heeft in een rustige omgeving is niet vanzelfsprekend. Daar weet ik alles van.’